Hadj (De Bedevaart) & 'Umrah (De kleine Bedevaart)
De Hadj is de verplichte bedevaart die iedere moslim, indien deze daartoe in staat is, minstens een keer in zijn leven moet hebben verricht. De 'Umrah of ook wel kleine Bedevaart is een vrijwillige bedevaart maar dus niet verplicht.
Hadj (De Bedevaart)
De Hadj is de jaarlijkse bedevaart naar Mekka, die iedere volwassen moslim die daartoe de middelen heeft ten minste eens in zijn leven moet verrichten. De Hadj vindt altijd plaats in het begin van de twaalfde maand van de moslimkalender. De Hadj brengt hem naar de plaats waar Mohammed Sallalahu 'alaihi wasalam de islam heeft gepredikt. Mohammed's Sallalahu 'alaihi wasalam 'afscheidsbedevaart' in zijn sterfjaar werd het voorbeeld voor het huidige hadj-ritueel. De relatie met de persoon van Mohammed Sallalahu 'alaihi wasalam is voor de moslim een belangrijk aspect van de Hadj. Dit blijkt onder meer uit het bezoek dat veel pelgrims na afloop brengen aan Mohammed's Sallalahu 'alaihi wasalam graf in Medina.
Het hadj-ritueel begint met het aannemen van de ihraam, de gewijde staat van de pelgrim. Dit is verplicht zodra men het heilige gebied rond Mekka betreedt. De pelgrims, die tegenwoordig meestal per vliegtuig arriveren, plegen de ihraam bij aankomst vanaf de vliegtuigtrap aan te nemen. Voor de mannen houdt dat in dat zij gekleed gaan in twee witte genaaiden doeken, waarvan de ene om de linkerschouder wordt geslagen en de andere om de lendenen. Voor de vrouw geldt slechts dat haar handen en haar gezicht onbedekt moeten blijven. Tijdens de ihraam moet de moehrim (of moehrima, hij of zij die in gewijde staat verkeert) zich van seksueel verkeer onthouden. Verder is het scheren en knippen van haar en nagels en ook het kammen niet toegestaan.
Onmiddellijk na aankomst in Mekka wordt een bezoek aan de Ka'bah gebracht, waaromheen het plein van de grote moskee ligt. Beginnend bij de zwarte steen die in de oosthoek van de Ka'bah is ingemetseld en die de pelgrim zo mogelijk kust of aanraakt daarna gaat hij rechtsom en maakt vervolgens tegen de wijzers van de klok in een zevenvoudige omgang rond de Ka'bah. Daarna verricht hij de loop tussen de met de grote moskee verbonden heilige plaatsen Safa en Marwa, eveneens zevenmaal. Dit gebeurt ter herinnering aan Hagar, die hier radeloos rondliep met haar zoontje Ismaƫl op zoek naar water en dit uiteindelijk vond in de bron Zamzam. Nadat de pelgrims een preek van de Qadi of rechter van Mekka hebben bijgewoond, begeven zij zich naar de dertig kilometer ten oosten van Mekka gelegen vlakte van Arafat, de berg waar aan Mohammed Sallalahu 'alaihi wasalam de Koran werd geopenbaard. Daar brengen zij in tenten de nacht door.
Daarna begeeft men zich in een massale wedloop in westelijke richting naar Moezdalifa, waar men de nacht doorbrengt, opnieuw gevolgd door een wedren, nu naar Mina, op acht kilometer ten oosten van Mekka, waar men rond zonsopgang moet aankomen. Hier gooit iedere pelgrim zeven steentjes op een steenhoop. Dit wordt gezien als navolging van Abraham, die hier de satan zou hebben verdreven toen deze hem wilde verleiden zijn zoon niet te offeren. Hierna, op de tiende dag van de pelgrimage naar Mekka, vindt het offeren plaats van een schaap of ander vee. Dit offer is niet verplicht. Het vlees is grotendeels voor de armen bestemd. Nadat men zich vervolgens het hoofd heeft laten scheren (bij vrouwen wordt slechts symbolisch een lok afgeknipt) is de Hadj ten einde.
De waarde die aan de Hadj wordt gehecht is groot. Hij die in een afgelegen dorp als enige de Hadj heeft verricht, geldt voortaan als een autoriteit op het gebied van het geloof. Vooral vroeger was de reis naar Mekka op zichzelf al een prestatie door de ontberingen en gevaren die ermee verbonden waren. Al is reizen tegenwoordig gemakkelijker geworden, het verblijf in Mekka met Ć©Ć©n Ć twee miljoen pelgrims tegelijk is nog steeds geen onverdeeld genoegen, vooral als het heet is. Ondanks de massale deelname is zo'n 98% van de moslims buiten ArabiĆ« door de relatief hoge kosten die eraan verbonden zijn, nooit in de gelegenheid de Hadj te verrichten. Voor de moslims die thuisblijven, is de eigenlijke feestdag het offerfeest, ook wel 'het grote feest (ied al-adha)' genoemd. Op deze dag vindt na zonsopgang in de moskee een feestgebed plaats. Daarna wordt in ieder gezin zo mogelijk een schaap geslacht. Van het vlees geeft men een deel weg aan de armen.
'Umrah (De kleine Bedevaart)
De `Umrah (soms aangeduid als de Kleine Bedevaart) bestaat uit het uitvoeren van een stel van vrome rituelen in de Masdjid al-Haram te Mekka. Deze rituelen vormen ook een essentieel deel van de Hadj. Men kan de `Umrah op elk tijdstip van het jaar, en zoveel keren als men wenst, verrichten.
De volgende punten zijn essentiƫle onderdelen van de `Umrah:
Met deze handelingen is de `Umrah voltooid.
Hadj (De Bedevaart)
De Hadj is de jaarlijkse bedevaart naar Mekka, die iedere volwassen moslim die daartoe de middelen heeft ten minste eens in zijn leven moet verrichten. De Hadj vindt altijd plaats in het begin van de twaalfde maand van de moslimkalender. De Hadj brengt hem naar de plaats waar Mohammed Sallalahu 'alaihi wasalam de islam heeft gepredikt. Mohammed's Sallalahu 'alaihi wasalam 'afscheidsbedevaart' in zijn sterfjaar werd het voorbeeld voor het huidige hadj-ritueel. De relatie met de persoon van Mohammed Sallalahu 'alaihi wasalam is voor de moslim een belangrijk aspect van de Hadj. Dit blijkt onder meer uit het bezoek dat veel pelgrims na afloop brengen aan Mohammed's Sallalahu 'alaihi wasalam graf in Medina.
Het hadj-ritueel begint met het aannemen van de ihraam, de gewijde staat van de pelgrim. Dit is verplicht zodra men het heilige gebied rond Mekka betreedt. De pelgrims, die tegenwoordig meestal per vliegtuig arriveren, plegen de ihraam bij aankomst vanaf de vliegtuigtrap aan te nemen. Voor de mannen houdt dat in dat zij gekleed gaan in twee witte genaaiden doeken, waarvan de ene om de linkerschouder wordt geslagen en de andere om de lendenen. Voor de vrouw geldt slechts dat haar handen en haar gezicht onbedekt moeten blijven. Tijdens de ihraam moet de moehrim (of moehrima, hij of zij die in gewijde staat verkeert) zich van seksueel verkeer onthouden. Verder is het scheren en knippen van haar en nagels en ook het kammen niet toegestaan.
Onmiddellijk na aankomst in Mekka wordt een bezoek aan de Ka'bah gebracht, waaromheen het plein van de grote moskee ligt. Beginnend bij de zwarte steen die in de oosthoek van de Ka'bah is ingemetseld en die de pelgrim zo mogelijk kust of aanraakt daarna gaat hij rechtsom en maakt vervolgens tegen de wijzers van de klok in een zevenvoudige omgang rond de Ka'bah. Daarna verricht hij de loop tussen de met de grote moskee verbonden heilige plaatsen Safa en Marwa, eveneens zevenmaal. Dit gebeurt ter herinnering aan Hagar, die hier radeloos rondliep met haar zoontje Ismaƫl op zoek naar water en dit uiteindelijk vond in de bron Zamzam. Nadat de pelgrims een preek van de Qadi of rechter van Mekka hebben bijgewoond, begeven zij zich naar de dertig kilometer ten oosten van Mekka gelegen vlakte van Arafat, de berg waar aan Mohammed Sallalahu 'alaihi wasalam de Koran werd geopenbaard. Daar brengen zij in tenten de nacht door.
Daarna begeeft men zich in een massale wedloop in westelijke richting naar Moezdalifa, waar men de nacht doorbrengt, opnieuw gevolgd door een wedren, nu naar Mina, op acht kilometer ten oosten van Mekka, waar men rond zonsopgang moet aankomen. Hier gooit iedere pelgrim zeven steentjes op een steenhoop. Dit wordt gezien als navolging van Abraham, die hier de satan zou hebben verdreven toen deze hem wilde verleiden zijn zoon niet te offeren. Hierna, op de tiende dag van de pelgrimage naar Mekka, vindt het offeren plaats van een schaap of ander vee. Dit offer is niet verplicht. Het vlees is grotendeels voor de armen bestemd. Nadat men zich vervolgens het hoofd heeft laten scheren (bij vrouwen wordt slechts symbolisch een lok afgeknipt) is de Hadj ten einde.
De waarde die aan de Hadj wordt gehecht is groot. Hij die in een afgelegen dorp als enige de Hadj heeft verricht, geldt voortaan als een autoriteit op het gebied van het geloof. Vooral vroeger was de reis naar Mekka op zichzelf al een prestatie door de ontberingen en gevaren die ermee verbonden waren. Al is reizen tegenwoordig gemakkelijker geworden, het verblijf in Mekka met Ć©Ć©n Ć twee miljoen pelgrims tegelijk is nog steeds geen onverdeeld genoegen, vooral als het heet is. Ondanks de massale deelname is zo'n 98% van de moslims buiten ArabiĆ« door de relatief hoge kosten die eraan verbonden zijn, nooit in de gelegenheid de Hadj te verrichten. Voor de moslims die thuisblijven, is de eigenlijke feestdag het offerfeest, ook wel 'het grote feest (ied al-adha)' genoemd. Op deze dag vindt na zonsopgang in de moskee een feestgebed plaats. Daarna wordt in ieder gezin zo mogelijk een schaap geslacht. Van het vlees geeft men een deel weg aan de armen.
'Umrah (De kleine Bedevaart)
De `Umrah (soms aangeduid als de Kleine Bedevaart) bestaat uit het uitvoeren van een stel van vrome rituelen in de Masdjid al-Haram te Mekka. Deze rituelen vormen ook een essentieel deel van de Hadj. Men kan de `Umrah op elk tijdstip van het jaar, en zoveel keren als men wenst, verrichten.
De volgende punten zijn essentiƫle onderdelen van de `Umrah:
- zich verkleden in de ihram bij Miqat (grens), gevolgd door het uitspreken van de intentie (niyyah) om de `Umrah te verrichten, en het daarna veelvuldig opzeggen van de Talbiyah;
- de Tawaf al-`Umrah om de Ka`bah, gevolgd door twee rakat sunnagebed, en het drinken van het water van Zamzam;
- het verrichten van de Sa`y;
- De Halq [scheren v/h hoofd] of Taqsir [kortknippen v/h hoofdhaar], gevolgd door het zich verkleden in normale kleding.
Met deze handelingen is de `Umrah voltooid.
Reacties
Een reactie posten
Bedankt voor je reactie