De emigratie naar Abessini
Naar inhoudsopgave
De moslims hadden het dus zwaar te verduren. De volgende stap die de profeet Sallalahu 'alaihi wasalam nam is de moslims erop wijzen naar Abessini te emigreren nadat hij er zeker van was dat de koning An-nadjashi een rechtvaardig iemand is die niemand onrecht zal aandoen.
In de maand Radjab van het jaar 5 na het gezantschap is de eerste groep moslims ge?mmigreerd. Twaalf mannen en vier vrouwen met als hoofd Othman Ibn Affan Alamawi, moge Allah met hem tevreden zijn. Zijn vrouw Ruqayah, de dochter van de profeet Sallalahu 'alaihi wasalam was er ook bij. Zij worden beschouwd als het eerste gezin, na die van Ibrahiem en Loet, die op de weg van Allah zijn geïmmigreerd.
Deze groep vertrok 's nachts richting de haven van Shu'abah, ten zuiden van Jedda. Allah's voorbeschikking heeft er voor gezorgd dat zij twee handelsboten troffen waarmee zij naar Abessini vertrokken.
De mensen van Quraish reageerden woedend toen zij erachter kwamen, volgden hun sporen zodat zij hen zouden kunnen tegen houden en terugbrengen naar Mekka om hen vervolgens te mishandelen en af te houden van de religie van Allah. De moslims waren hen echter te snel af en al op zee, waarna zij met lege handen terugkeerden nadat ze het strand tevergeefs hadden bereikt.
De bekering van Hamzah
Naar inhoudsopgave
Abu Djahl liep op een dag langs de profeet Sallalahu 'alaihi wasalam bij As-safa en beledigde hem. Hij zou de profeet Sallalahu 'alaihi wasalam zelfs met een steen tegen zijn hoofd hebben geslagen waarna hij ernstig bloedde. Abu Djahl vertrok daarna naar een gezelschap van Quraish bij de Ka'bah en nam plaats te midden van hen. Een slavin van Abdullah Ibn Djad'aan zag het allemaal gebeuren vanuit een woning bij As-safa. Na een poosje kwam Hamzah terug van de jacht en pakte meteen een boog, toen zij hem het verhaal vertelde. Hamzah ging op zoek naar Abu Djahl totdat hij hem vond en zei tegen hem: "Jij! beledig jij de zoon van mijn broer terwijl ik een aanhanger ben van zijn religie?"
en hij sloeg hem met zijn boog zodat het een flinke wond bij Abu Djahl achterliet. De stammen Beni Makhzoem en Beni Haashim, waartoe Abu Djahl behoorde, reageerden woedend, maar Abu Djahl zei tegen hen: "Laat Abu A'marah (Hamzah) maar met rust want ik heb de zoon van zijn broer inderdaad vreselijk beledigd".
De bekering van Hamzah tot de Islam was meer een kwestie van hoogmoed. Het was alsof hij het niet echt meende toen hij het gezegd had. Maar Allah heeft later zijn hart echt opengesteld voor de Islam. Hij was de meest trotse jongeman van Quraish, de sterkste zodat hij "asadullah" d.w.z. "de leeuw van Allah" werd genoemd. Hij werd moslim in de maand Thil-hidjah van het jaar 6 na het gezantschap.
Reacties
Een reactie posten
Bedankt voor je reactie